Naar school in Nederland
Het Nederlandse onderwijssysteem bestaat uit basisonderwijs, voortgezet onderwijs (ook wel middelbare school genoemd) en vervolgonderwijs. Kinderen van 4 tot en met 12 jaar volgen basisonderwijs. Vanaf hun 13de jaar gaan kinderen naar het voortgezet onderwijs, tot ze 16, 17 of 18 zijn. Daarna kunnen ze verder studeren in een vervolgopleiding.
Het basisonderwijs
Het basisonderwijs in Nederland is verdeeld in acht jaarlagen, ook wel groepen genoemd. De groepen 1 en 2 worden ook wel de kleuterklas genoemd. Op sommige scholen bestaat een klas alleen uit kinderen van dezelfde groep, terwijl klassen op andere scholen gecombineerd zijn en bijvoorbeeld uit groep 3, 4 en 5 bestaan.
Overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs
Aan het eind van de basisschool (groep 8) krijgt ieder kind een niveau-advies voor het voortgezet onderwijs. Dit advies wordt door de leerkracht gegeven en komt voort uit de leerresultaten, toetsuitslagen en algemene ontwikkeling van het kind. Het advies is bindend en wordt naar de middelbare school gestuurd waarvoor ouders hun kind hebben aangemeld. Lees hier meer over het basisonderwijs op de website van de Nederlandse overheid.
Het voortgezet onderwijs
Na de basisschool gaan kinderen naar het voortgezet onderwijs. Er zijn vier niveaus binnen het voortgezet onderwijs:
- praktijkonderwijs (PrO; 4 jaar)
- voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo; 4 jaar)
- hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo; 5 jaar)
- voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo; 6 jaar)
De eerste twee leerjaren van het vmbo en de eerste drie leerjaren van de havo en het vwo heten de onderbouw. De laatste twee of drie jaar heten de bovenbouw. In de bovenbouw kiezen leerlingen een studierichting; dit heet een profiel. Als ze hun eindexamen hebben gehaald, kunnen kinderen doorstuderen in een vervolgopleiding. Welke vervolgopleiding ze kunnen volgen, hangt af van het niveau dat ze op de middelbare school hebben gevolgd en van hun schoolresultaten.
Op de middelbare school en op sommige basisscholen krijgen kinderen huiswerk. Nederlandse ouders helpen hun kinderen vaak bij het maken van huiswerk. Lees hier meer over het voortgezet onderwijs op de website van de Nederlandse overheid.
Nederlandse ouders helpen hun kinderen vaak bij het maken van huiswerk
Vervolgonderwijs
In Nederland kun je na het eindexamen van het voortgezet onderwijs doorstuderen op drie verschillende typen onderwijs:
- Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) leidt mensen op voor een praktisch beroep, zoals kapper, kok of automonteur. De meeste mbo-opleidingen worden aangeboden door Regionale Opleidingscentra (ROC’s). Daarnaast zijn er ook andere instellingen die mbo-opleidingen aanbieden.
- Het hoger beroepsonderwijs (hbo) leidt mensen op voor hogere functies bij de overheid of in het bedrijfsleven, zoals verpleegkundige, accountant of bouwkundig ingenieur. Hbo-opleidingen volg je aan een hogeschool.
- Het wetenschappelijk onderwijs (wo) volg je aan een universiteit. Aan de universiteit worden mensen opgeleid voor beroepen zoals arts of advocaat, maar ook voor een carrière in de wetenschappen.
Van schakelklas naar reguliere klas
Anderstalige kinderen volgen onderwijs in een schakelklas voordat zij instromen in het reguliere basis- of voortgezet onderwijs. In de schakelklas ligt de nadruk op het leren van de Nederlandse taal en raken leerlingen bekend met het Nederlandse schoolsysteem. Bekijk een overzicht van basisscholen met een schakelklas en middelbare scholen met een schakelklas.