Voorlezen uit prentenboeken
Susanne Oudshoorn is een aantal jaar geleden begonnen met het voorlezen van prentenboeken in haar klas op de ISK. Niet alleen haar leerlingen zijn enthousiast, ook haar collega-docenten raakten geïnspireerd.
Als onderdeel van haar master heeft Susanne een aantal prentenboeken uitgekozen die qua thema en taalniveau aansluiten bij de methode. Wat bleek? De leerlingen leerden niet alleen veel nieuwe woorden, ze reageerden ook erg enthousiast op het voorlezen. Wij spraken met Susanne over haar masterproject.
Foto: Cees Glastra van Loon
Wat was de aanleiding voor dit project?
Midden in de coronapandemie was Susanne met haar klas aan het werk in het thema Verliefd en was ze op zoek naar een manier om de online lessen wat aantrekkelijker te maken. Vanuit haar ervaring in het basisonderwijs was ze al gewend om voor te lezen aan haar leerlingen, daarom besloot ze om het prentenboek Kikker is verliefd van Max Velthuis voor te lezen en hier elke ochtend een filmpje van te maken en op te sturen naar de klas.
Tegelijkertijd was ze ook bezig met het afronden van haar master en besloot ze zich verder te verdiepen in het vraagstuk ‘Is voorlezen ook geschikt voor NT2-leerders op de ISK?’. Het antwoord op die vraag bleek volmondig: 'Ja!'. De leerlingen reageerden allemaal positief, niet alleen in de klas maar ook op de vragenlijst die Susanne rondstuurde als onderdeel van haar project.
Waarom voorlezen?
Er zijn verschillende redenen waarom Susanne zo enthousiast is over het voorlezen in de klas, allereerst omdat (voor)lezen bijdraagt aan de taalontwikkeling van tweedetaalleerders en met name de woordenschatopbouw. 'De taal in lesmethodes', zo vertelt Susanne, 'is vaak arm, omdat het alleen de hoognodige woorden bevat. Daarentegen bevatten boeken juist veel rijke taal: langere zinnen met verbindingswoorden en een mix van hoog- en laagfrequente woorden. Doordat deze woorden binnen een betekenisvolle context worden aangeboden, wordt de betekenis snel duidelijk en leren de leerlingen veel nieuwe woorden. Voorlezen is dus eigenlijk de eerste stap op weg naar leesbegrip’, aldus Susanne.
Tijdens het voorlezen kan de docent ook makkelijker moeilijke woorden toelichten of verduidelijken door middel van bewegingen of de manier van voorlezen, denk hierbij bijvoorbeeld aan woorden als brommen of mompelen.
Boek als spiegel, raam en schuifdeur
Daarnaast hebben boeken ook een andere functie, ze kunnen namelijk fungeren als spiegels, ramen en glazen schuifdeuren (Bishop, 1990). Boeken als spiegels laten de lezer naar zichzelf kijken en boeken als ramen laten je naar anderen kijken. Boeken kunnen ook dienen als glazen schuifdeuren, ze laten je namelijk kennismaken met nieuwe werelden die je daarvoor nog niet kende. Op die manier kan het lezen van (prenten)boeken bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen, ze kunnen meer leren over de Nederlandse samenleving, maar ook over hun eigen cultuur en die van hun medeleerlingen.
Leesplezier en motivatie
Ten slotte draagt voorlezen ook bij aan het leesplezier en de motivatie van de leerlingen om zelf te lezen. Susanne vertelt dat haar leerlingen niet alleen enthousiast reageren op het voorlezen zelf, ook ziet ze dat de leerlingen vaak naar dezelfde boeken grijpen om zelf te lezen tijdens het leeskwartier.
Een tijd terug hebben ze bijvoorbeeld gezamenlijk een deel van Anne Frank, haar leven (een biografie van Anne Frank in makkelijke taal van Uitgeverij Eenvoudig Communiceren) gelezen, waarna veel leerlingen verder zijn gaan lezen in het boek, omdat ze zo geïnteresseerd waren in het verhaal.
Waarom prentenboeken?
De voordelen van het voorlezen lijken duidelijk, maar vooral het voorlezen van prentenboeken heeft veel voordelen ten opzichte van reguliere leesboeken. Ten eerste dragen de illustraties bij aan het begrip van het verhaal en van nieuwe woorden. Iedereen die weleens een nieuwe taal heeft geleerd herkent wel dat gevoel van moedeloosheid wanneer je voor het eerst een boek probeert te lezen in die taal en je zoveel nieuwe woorden tegenkomt dat het onmogelijk lijkt om het verhaal te begrijpen. De illustraties van prentenboeken zorgen ervoor dat het verhaal nog steeds te volgen is én dat je de betekenis van de nieuwe woorden kunt afleiden.
Illustraties voor beter tekstbegrip
'Daarnaast', zo vertelt Susanne, 'zorgen deze illustraties ervoor dat de leerlingen betrokken blijven bij het verhaal. Naast luisteren naar het verhaal, ‘moeten’ ze ook meekijken om het verhaal te volgen.' Dit kwam ook weer naar voren uit de resultaten van de vragenlijst die ze naar haar leerlingen heeft gestuurd om te vragen naar hun ervaringen met het voorlezen uit de prentenboeken. Zo vonden de leerlingen het fijn dat ze alleen maar hoefden te luisteren naar het verhaal, ze vonden het leuk om de tekeningen en illustraties te bekijken en ze konden het verhaal beter begrijpen dankzij deze illustraties.
Lees meer over
Over Susanne Oudshoorn
Susanne Oudshoorn werkt nu ongeveer zes jaar als docent op het Mundus College in Amsterdam West, een grote vmbo-school met een aparte afdeling voor nieuwkomers. Op deze Eerste Opvang Anderstaligen (EOA) zitten leerlingen tussen de 12 en 18 jaar vanuit de hele wereld. Ze werken met DISK, de digitale ISK-methode van Boom NT2.