De brede intake is verplicht en bestaat in ieder geval uit drie onderdelen:
1) Een leerbaarheidstoets om in kaart te brengen met welke snelheid de inburgeringsplichtige de Nederlandse taal kan leren en welk taalniveau hij/zij binnen de inburgeringstermijn van drie jaar kan bereiken
2) Een onderzoek naar het gevolgde onderwijs en de opgedane werkervaring in het land van herkomst
3) Een onderzoek naar de persoonlijke omstandigheden, waaronder de fysieke en mentale gezondheid
Met behulp van de brede intake wordt informatie verzameld over het taalniveau, de (arbeids)participatiemogelijkheden en de mate van zelfredzaamheid van de inburgeringsplichtige. Gemeenten kiezen zelf op welke manier zij de benodigde informatie in kaart brengen. De verzamelde informatie vormt de basis voor het persoonlijk Plan Inburgering en Participatie (PIP)
Gemeenten zijn verplicht om inburgeringsplichtigen met (jonge) kinderen te informeren over mogelijkheid tot voor- en vroegschoolse educatie (vve) en om inburgeringsplichtigen te wijzen op hun recht op individuele gesprekken zonder aanwezigheid van een partner of andere persoon.
Handhaving
• Reageert de inburgeringsplichtige na de eerste oproep niet binnen de gestelde termijn om deel te nemen aan de brede intake, dan geeft de gemeente een schriftelijke waarschuwing en wordt een tweede oproep verstuurd
• Reageert de inburgeringsplichtige na de twee oproep niet binnen de gestelde termijn, dan legt de gemeente een boete op van 250 euro en wordt een derde oproep verstuurd
• Reageert de inburgeringsplichtige na de derde oproep niet binnen de gestelde termijn, dan legt de gemeente een tweede boete op van 250 euro en wordt het persoonlijk Plan Inburgering en Participatie (PIP) zonder medewerking van de inburgeringsplichtige opgesteld
Bron: Divosa, 2020. Wijzigingenoverzicht nieuwe Wet Inburgering