Fenomenologie van de waarneming

Dit boek uit 1945 is het hoofdwerk van Maurice Merleau-Ponty, de filosoof die de fenomenologie op een heel nieuw spoor heeft gezet. Het is een klassiek en tijdloos werk, dat het denken over lichaam en geest tot op de dag van vandaag blijft bepalen.

Merleau-Ponty stelt in Fenomenologie van de waarneming de vraag wat waarneming precies is. Hij bekritiseert theorieën van waarneming die een te rigide scheiding maken tussen subject en object, tussen de waarnemende mens en de waar te nemen werkelijkheid. Waarneming − en eigenlijk alle vormen van perceptie: voelen, tasten, horen − is lichamelijk. Ik ‘leef’ mijn lichaam en ben lichamelijk bij de dingen in de wereld: beide zijn op die manier op elkaar betrokken.

Lichaam, wereld, vrijheid, seksualiteit en sterfelijkheid

In Fenomenologie van de waarneming wordt deze innige relatie tussen lichaam en wereld op subtiele en spannende wijze nader onderzocht en onderbouwd. Merleau-Ponty heeft bovendien veel oog voor de gevolgen ervan voor onze vrijheid, seksualiteit en sterfelijkheid. 

Origineel: Phénoménologie de la perception

Vertaling, inleiding en annotaties: Douwe Tiemersma, Rens Vlasblom